Regering





























I. REGERING27

A. LANDSCHAPPEN

1. UPSTALSBOOM

a. Zegelstempel

[1]Randschrift: + S. SECRETUM TOEIUS FRISIE AD CAUSAS.
Zegelbeeld: Tussen twee elkaar aanziende staande mannen, gekleed in maliënhemd, blootshoofds en ieder gewapend met een speer en een rond schild, Maria, zittend en gekroond, dragend op de linker knie haar kind Jezus, met nimbus en zegenend opgeheven rechterhand, houdend in haar op haar knie rustende rechterhand een lelie; in de voet van het zegel in een nis een omgewend borstbeeld van een met samengevouwen opgeheven hadden biddende man, waarbij: UBBO SACERDOS.
N.B. Koper, c. 1324. Rond. Eertijds met andere landschapszegels bewaard bij de ommelander archieven. RAG, Ommelander archieven, inv. nr. 384. Nu: GMG, nr. 1019. In randschrift TOEIUS inplaats van TOCIUS. Afdruk in groene was: RAG, Zegelverzameling, nr. B 1. Afgebeeld: OGD. I. Blz. 328/329. Ook: Emder Jahrbuch, 1924/25, S. 65. Upstalsboomblätter, 1927, S. 159.
Vergelijk: Hendrik Derk Meijering. De willekeuren van de Opstalsboom 1323. Groningen 1974. Offset. Blz. 296, 297. Bovengenoemde zegelstempel hier niet behandeld. Ook: HVG, blz. 87.
GDW, blz. 27, nr. [1].

2. FIVELGO

a. Zegelstempel

[2]Randschrift: + SIGILLUM TERRE PHIWILGONIE.
Zegelbeeld: In een nis, gezeten op een bank, Christus, naar rechts ziend, met kroon en nimbus, houdend op de linkerknie een wereldbol met banden doch zonder kruis, de rechterhand zegenend opgeheven naar zijn aan zijn rechterzijde gezeten moeder Maria, met kroon en nimbus, hem met gebogen hoofd en opgeheven handen aanbiddend.
N.B. Koper. Spitsovaal. GMG, nr. 2090. Bekend sedert 1338. Zie: RAG, Ommelander archieven, inv. nr. 9.
In de voet voor 1 oktober 1405 een lelie aangebracht. Zie: Rijksarchief Utrecht. Archief der bisschoppen, inv. nr. 93, regest nr. 1760. Afgietsel in gips: RAG, Zegelverzameling, lade V. De lelie is 12 september 1398 embleem van Omeko Snelgerssoen of Snelgersma, Zie: OGD. II. Blz. 250. Nr. 1007. De lelie werd tussen 10 juni 1427 en 9 april 1428 weggenomen en vervangen door een wapenschild, beladen met een adelaar. Zie: Ostfriesisches Urkundenbuch. 1. Emden 1878. Nr. 354, S. 320: Nr. 367, S. 343. Afgebeeld: OGD. I. Blz. 328/329. Plaat IV, nr. 1. Afgietsel in gips: RAG, Zegelverzameling, lade VI, nr. 25. Vergelijk: GDW, nr. 270.28

Snelgersma

onbekend
GDW, blz. 27, nr. [2].

B. STAD EN LANDE

1. GRONINGEN

a. Provinciehuis

1. Schoorsteenmantel

[3]R.B. 1700.
N.B. Hout. Op in beeldhouwwerk voorkomend boek. Kamer 21.
GDW, blz. 28, nr. [3].

b. Prinsenhof

1. Schoorsteenmantel

[4]Aldaer gesien het logement van den governeur grave Wilhelm van Nassau, .... Het is tevoren oock Verdugo syn logement geweest, wiens wapenen voor de schoorstenen staen.
N.B. Niet meer aanwezig. Vermeld: EVC blz. 21 verso. Willem Lodewijk van Nassau, stadhouder van Stad en Lande, 1594-1620. Wapen Francois de Verdugo, stadhouder van Groningen 11 augustus 1584 tot 23 juli 1594: Een leeuw; en een schildzoom, beladen met acht schuinkruisjes. Zie: RAG, Archieven hoge justitiekamer, inv. nr. 602; charters van den hove, VI, nr. 484. Ook: Gedenkboek der reductie van Groningen in 1594. Groningen 1894. Blz. 110. Zie: GDW, nr. 259.

Verdugo
GDW, blz. 28, nr. [4].

2. Zonnewijzer

[5]TEMPUS PRAETERITUM NIHIL, FUTURUM INCERTUM, PRAESENS INSTABILE, CAVE NE PERDAS HOC TUUM.
J. DOORNBUSCH, G. CRAMER. ANNO MDCCXXXI.
N.B. Afgebeeld: R. van Dellen. Van prefectenhof tot prinsenhof. Groningen 1947.Afb. 15-17.
GDW, blz. 28, nr. [5].

3. Tuinaanleg

[6]Wapens: Rechts: Een letter W. Links: Een letter A.
N.B. Niet meer aanwezig. Wederom aangelegd c. 1939. Afgebeeld: R. van Dellen. Van prefectenhof tot prinsenhof. Groningen 1947. Afbeelding 62. Ook: HVG. blz. 240. Willem Frederik van Nassau-Dietz, stadhouder van Stad en Lande 1650, overleden Leeuwarden 23 oktober 1664, gehuwd Kleef 2 mei 1652 Albertina Agnes van Oranje-Nassau, overleden Oranjewoud 24 mei 1696. Zie: Jaarboek van het eentraal bureau voor genealogie, 17, 1963, blz. 38.
GDW, blz. 28, nr. [6].

C. STEDEN

1. APPINGEDAM

a. Burgerboek

[7]Wapens: Rechts: Een omgewende geharnaste man te paard, zwaaiend boven zijn hoofd, met een gebroken lans, waarvan het restant gestoken door een in de schildvoet liggende en omhoogziende gevleugelde draak met vier poten. Links: Gedeeld: I een halve adelaar, vergezeld van een letter F; II drie klaverbladen onder elkaar, aan de linkerzijde vergezeld van een letter R. Helmteken: een staande pelikaan met drie jongen.
Wapens: Rechts: Een omgewende geharnaste man te paard, zwaaiend boven zijn hoofd met een gebroken lans, waarvan het restant gestoken door een in de schildvoet liggende en omhoogziende gevleugelde draak met vier poten. Links: Twee zwaarden, het linkse schuinkruislings over het rechtse, vergezeld van drie rozen, aan elke zijde en van onderen29 een, en in het schildhoofd van de letters H.F. Helmteken: een staande pelikaan met drie jongen.
N.B. Zilveren beslag. Gemeentesecretarie Appingedam, oud-archief, inv.nr. 76. Letters F. R. en H. F. kunnen worden opgelost met behulp van passage: "ltum int jar 1619 heben desen nabeschreffen parsonen hor borgerschup gevonen und hor borgeret gedan int byvesen borgemester Gert Lutyens und de boumesteren synt gevest Frebes Reyntens und Here Fechter".

Sint-Joris

Frebes Reintiens

Here Fechter
GDW, blz. 28, nr. [7].

http://www.redmeralma.nl/hui/huismerk001.jpg b. Stadspenning

[8]GEERT WOLTERS SMIDT, ANNO 1743.
Huismerk nr. 1 (), vergezeld van de letters G.W.S.
Embleem: In een gevlochten mandvormig nest een pelikaan met opgeheven vlucht en met drie jongen. [Appingedam].
N.B. Zilver. Particulier bezit.

Appingedam
GDW, blz. 29, nr. [8].

2. GRONINGEN

a. Stadhuis

1. Gedenksteen

[9]DEEZE EERSTE STEEN IS AAN DIT STADSHUIS GELEGD DOOR DEN PRAESIDENT BURGEMEESTER HINDRIK VAN SYSEN DEN XXIX APRIL MDCCXCIII.
N.B. Marmer. Ingemetseld in noordoostelijke hoek van gebouw. Vermeld: Tegenwoordige staat der vereenigde Nederlanden. Deel 21. Stad en Lande. Amsterdam 1794. Blz. 42.
GDW, blz. 29, nr. [9].

b. Beheer van vaste goederen

1. Atlas

[10]GROOT CAARTEBOEK VAN ALLE STADSPLAATSEN EN LOSSE LANDEN, GELEEGEN IN DE OLDAMBTE, GOREGT, SAPPEMEER, ENDE OMLANDEN, BYEEN GEBRAGT DOOR ORDER EN LAST VAN DE HEER PRAESIDEERENDE BORGEMEESTER H. VAN SYSEN EN SYN EDELH. ASSESSOREN, DE RAADSHEEREN L. BOTHENIUS, P. R. VAN IDDEKINGE EN C. SCHULTENS, BENEEVENS DE RENTMEESTER A. WILDERVANK, INGEVOLGE RESOLUTIE VAN DE EDELE MOGENDE HEEREN BORGEMEESTEREN EN RAAT IN DATO DEN 15 FEBRY 1724, SYNDE DE RESPECTIVE CAARTEN GESTELT NA DE ORDER, GELYK IN DE STADSREKENINGE DE LANDEN BEKENT SYN. GEMETEN EN UITGEREKEN NA SODANE MATE VAN IDER DISTRICT OF CASPEL, WAARONDER DESELVE GELEGEN SYN, DOOR H. W. FOLCKERS, PROVINTIALE EN GEPROMOVEERDE INGENIEUR EN LANTMEETER, 1729.
Wapen: Groningen. Schildhouders: twee omziende roodgetongde bruine leeuwen.
H. VAN SYSEN, BORGEMEESTR.
Wapen: In zwart een gouden dwarsbalk, beladen met drie zilveren rozen, de dwarsbalk vergezeld van drie goudgetongde gouden leeuwekoppen.
L. BOTHENIUS, RAATSHEER.
Wapen: In zwart een omgewende zilveren adelaar, vergezeld van twee omgekeerde vijfpuntige gouden sterren, tussen de klauwen en de staart aan elke zijde één.
P. R. VAN IDDEKINGE, RAATSHEER.
Wapen: Gedeeld: I in zilver op een zilveren terras een tegen de deellijn springende omgewende, goudgehalsbande en geringde zwarte windhond, II in zilver op een zilveren terras een tegen de deellijn springende rode vos.30
C. SCHULTENS, RAATSHEER.
Wapen: In goud op een heuvelachtig groen terras een stappende rode haan.
A. WILDERVANK, RENTEMEESTR.
Wapen: Gevierendeeld: I in goud een staande zilveren valk, de kop gedekt door een zwart kapje met wapperende linten; II in zilver een goudgekroond verkort breedarmig zwart kruis; III in zilver drie rode linkerschuinbalken; IV in goud een omgewende zwarte hoorn, beslagen van zilver en gesnoerd van zilver en zwart, het snoer met drie lussen.
H. W. FOLCKERS, INVENT. ET FECIT.
Wapen: In blauw op een groen terras een springende zilveren eenhoorn.

Groningen

Van Sijsen

Bothenius

Van Iddekinge

Schultens

Wildervanck

Folckers
N.B. GAG, Afgebeeld: A. T. Schuitema Meijer en W. K. van der Veen. Zegel, wapen en vlag van de stad Groningen. Groningen 1965. Blz. 89.
GDW, blz. 29, nr. [10].

c. Gedenktekenen

1. Bokaal

[11]FREDERICK JACOB LANTGRAFFE TOT HESSEN HEEFFT D' EER AS SUPERNUMERARIES TAALMAN VAN DE GESWOORENS GEMEENTE TOT GRONINGEN ERKIEST TE SIEN ANNO 1693.
Wapen: Gedeeld in twee en doorsneden in drie stukken: I een patriarchaal kruis [Hersfeld]: II doorsneden: a. een ster; b. effen [Ziegenhain]; III een leeuw [Katzenelnbogen]; IV twee gaande leeuwen onder elkaar [Dietz]; V doorsneden: a. twee sterren; b. twee balken [Nidda en Isenburg]; VI een netelblad [Schaumburg]. Hartschild: een leeuw, bedoeld is: een gekroonde leeuw, gedwarsbalkt van tien stukken [Hessen]. Schildhouders: twee omziende leeuwen.
PROVINCIAE CONCORDIA PATRUM. AMICITIAE VIRTUTISQUE FOEDUS.
Om en in cartouche, gehouden door vier en twintig armen, uitbeeldende het aantal leden van het college van gezworen meente en taalmannen.
STATT UND SCHLOSS HOMBURG, 1734.
Gezicht op een stad met een kasteel en met een rivier, waarop een zeilend schip.
VIVANT DE HEEREN TAALMANNEN EN GESWOORENS GEMEENTE TOT GRONINGEN.
N.B. Kristal. GMG, nr. 2430. Genoemd "De Hessische beker". Zie: GVA, 1839, blz. 179. Wapens: Münchener Kalender 1922.

Hessen
GDW, blz. 30, nr. [11].

2. Presenteerblad

[12]DEEZE HEEFT GEDIENT TOT HET LEGGEN VAN DEN EERSTEN STEEN AAN HET NIEUWE STADHUIS TE GRONINGEN OP DEN XXIX APRIL MDCCXCIII DOOR DEN OUDSTEN EN PRAESIDERENDE HEER BURGEMEESTER HENDRIK VAN SYSEN IN DEN OUDERDOM VAN 87 JAAREN.
Wapen: Een dwarsbalk, beladen met drie rozen, de dwarsbalk vergezeld van drie leeuwekoppen.
N.B. Zilveren beslag op mahoniehout. GMG, nr. 1931-64. Afgebeeld: HLZ, nr. 239. Gebruikt als cementbak.

Van Sijsen
GDW, blz. 30, nr. [12].

3. Troffel

[13]MET DIT TRUEEL HEEFT DE OUDSTE EN PRAESIDERENDE HEER BURGEMEESTER HENDRIK VAN SYSEN DEN EERSTEN STEEN GELEGD AAN HET NIEUWE STADHUIS TE GRONINGEN DEN XXIX APRIL MDCCXCIII IN DEN OUDERDOM VAN 87 JAAREN.
Wapen: In zwart een dwarsbalk, beladen met drie rozen, de dwarsbalk vergezeld van drie leeuwekoppen, de beide bovenste uitkomend.31
N.B. Zilver. GMG, nr. 1931-63. Afgebeeld: A. T. Schuitema Meijer. Groningen. Schets van een eeuwenoude stad. Groningen 1968. Blz. 58. HLZ, nr. 13, doch rechts en links verwisseld.

Van Sijsen
GDW, blz. 30, nr. [13].

4. Portret

[13A]A° 1555 IS VERSTORVEN DEN EERBARE ELTET TOE LELLENS, OLT WESENDE 82 JAREN, UN[DE] IS GERUST DES VRYDAGES NA S.JOANNES ONTHOVEDI[N]GE DACH.
N.B. Slecht gerestaureerde tekst op lijst om portret, met twee voor de hand liggende aanvullingen. Sterfdag 30 augustus.
GMG. Afgebeeld: A. T. Schuitema Meijer. Groningen in prent. Zaltbommel 1974. Blz. 44.
GDW, blz. 31, nr. [13A].

D. KERSPELEN

1. BLIJHAM

a. Kerspelkist

[14]KASPEL VAN BLIEHAM. H.T., D.T., DYKRIGTERS, 1810.
N.B. Hervormde kerk, Blijham. Homme Tjarks en Derk Tjarks, dijkrichters, 1810. Zie: WKG. Archief vier- en vijfkarspelen zijlvest, inv. nr. 41, 8 juni 1810.32
GDW, blz. 31, nr. [14].






Contact


Bron: A. Pathuis, Groninger gedenkwaardigheden. Teksten, wapens en huismerken van 1298-1814
(Assen/Amsterdam 1977), met aanvullingen en correcties door R.H. Alma.
Met dank aan Elibert Datema voor het scannen en ocr'en.
Aanvullingen en correcties graag naar mailredmeralmanl.



Laatst bijgewerkt 3 maart 2017
Naar begin van de pagina